contact [email protected]
"Er is veel meer vroeger dan er nu is"
(Midas Dekkers)
(Midas Dekkers)
Privacywetgeving (GDPR).
Mededeling van het bestuur: vanaf 25 mei 2018 moet ook de V.VAK zich aanpassen aan de nieuwe privacywetgeving (GDPR). Uw gegevens zijn opgenomen in het adressenbestand van de V.VAK en zijn enkel bestemd voor intern gebruik. Uw gegevens worden NIET doorgegeven aan derden. Om onze nieuwsbrieven te kunnen verzenden heeft de V.VAK een ledenbestand met voornaam, naam, adres en emailadres van de betalende leden. Overeenkomstig de wetgeving ter zake hebt u recht op kennisname en eventuele verbetering van de gegevens die op u betrekking hebben.
Indien u van dit recht wil gebruik maken: het secretariaat is bereikbaar via e-mail [email protected]
Mededeling van het bestuur: vanaf 25 mei 2018 moet ook de V.VAK zich aanpassen aan de nieuwe privacywetgeving (GDPR). Uw gegevens zijn opgenomen in het adressenbestand van de V.VAK en zijn enkel bestemd voor intern gebruik. Uw gegevens worden NIET doorgegeven aan derden. Om onze nieuwsbrieven te kunnen verzenden heeft de V.VAK een ledenbestand met voornaam, naam, adres en emailadres van de betalende leden. Overeenkomstig de wetgeving ter zake hebt u recht op kennisname en eventuele verbetering van de gegevens die op u betrekking hebben.
Indien u van dit recht wil gebruik maken: het secretariaat is bereikbaar via e-mail [email protected]
“De Sint-Jozefskerk kan een tweede Utopia worden”
V.VAK - Vereniging voor Aalsters Kultuurschoon - trekt met een memorandum naar het
stadsbestuur van Aalst. In de vorige bestuursperiode kon mede onder druk van de
erfgoedorganisatie de Sint-Jozefskerk gered worden van de sloop, maar zoals Lucebert het
poëtisch stelde: ‘Alles van waarde is weerloos’. Ook voor het volgend stadsbestuur heeft V.VAK
een to-dolijstje klaarliggen.
V.VAK (Vereniging voor Aalsters Kultuurschoon), opgericht in 1953, ijvert voor het behoud en de
herwaardering van het cultuurhistorisch erfgoed van Groot-Aalst. De ene keer al met meer
succes dan de andere. In Aalst sneuvelde wel al wat belangrijk erfgoed, denk maar aan het
begijnhof, mede dankzij V.VAK kon er ook wel al wat gered worden. Nu de verkiezingen voorbij
zijn, geven Joris Bouve en Mark Dehoux van V.VAK. hun memorandum af aan het volgende
stadsbestuur.
Alles van na de Tweede Wereldoorlog.
“Het is de tweede keer dat we een memorandum maken. We stellen vast dat veel punten die we
in 2018 aankaartten, nog altijd actueel zijn. Het is een werk op lange termijn, dat weten we ook,
maar nu leggen we een paar nieuwe accenten. Heel belangrijk in ons nieuw memorandum:
‘Stad, neem uw verantwoordelijkheid op vlak van erfgoed’. Je hebt daar de mogelijkheid voor.
Als je het label ‘onroerenderfgoedgemeente’ zou opnemen, heb je meer bewegingsruimte”, zeggen
Joris Bouve en Mark Dehoux.
“Waar wij in Aalst altijd tegen aanstoten is de Inventaris Bouwkundig Erfgoed. In Aalst waren we
daar de eerste mee, in de jaren 1970. Op zich heel goed, maar die is wel geschreven met de
inzichten van die tijd. Ondertussen zijn we een halve eeuw verder. Een herenhuis zoals huis
Gheeraerdts in de Vaartstraat staat daar niet eens in. Het Huis De Bolle in de Zwarte
Zustersstraat, daarvoor zijn al sloopvergunningen aangevraagd. Alles met een 20ste-eeuwse
architectuur is er niet in opgenomen en het is ook nooit herbekeken geweest. Op de Inventaris
bijna alleen gebouwen van voor de Tweede Wereldoorlog. De art-nouveauwijk aan De
Visscherestraat, brutalistische gebouwen, enkele postmodernistische woningen maar ook de
woningen van de Dirk Martensstraat, de vroegere Safir-gebouwen bijvoorbeeld, ze staan er niet
op. De stad heeft daar nooit meer geld of tijd in gestoken, maar die noodzaak is er wel. Zo heb je
ook meer rechtszekerheid voor projectontwikkelaars. Je steekt daar tijd en personeelsuren in,
maar dit zou wel zeer nuttig zijn. Als je ‘onroerenderfgoedgemeente’ bent, dan kan je dat als
gemeente zelf doen."
De Sint-Jozefskerk is een kans.
“V.VAK vraagt aan de stad om zorg te dragen voor het Aalsterse onroerend erfgoed, zeker als het
eigendom is van de stad zelf. Huis Van Langenhove bijvoorbeeld staat in een enorm slechte
staat. Het zou van boven tot beneden vol huiszwam zitten ondertussen. De stad heeft daar haar
werk als goede huisvader niet gedaan. Dat wordt wel meegenomen in het masterplan van De
Pupillen, maar hoe lang gaat het nog duren? Ze hadden vijf jaar geleden al behoudende
maatregelen kunnen nemen”, zegt Joris van V.VAK. “Zo zijn er nog waardevolle gebouwen. De
leegstandsbelasting, is die ffectief en helpt die om ons erfgoed te redden?”
Ondertussen is de Sint-Jozefskerk gered en is de restauratie volop bezig. De grote vraag is nu:
welke functie krijgt het gebouw? “Herbestemming: ja. Maar doe zoveel mogelijk aan participatie.
Zorg dat ze van buiten Aalst naar de Sint-Jozefskerk komen. Een concertzaal ligt voor de hand,
maar ook beursvloer of horeca. Het is zo groot".
Een stad die zich opsmukt.
“Van de toppers zoals de Sint-Martinuskerk en het belfort wordt nu werk gemaakt, maar ook de
kleinere gebouwen verdienen aandacht. We denken aan de kapel op het Begijnhof, die is er ook
erg aan toe. Het gebouw is wel eigendom van de kerkfabriek en in erfpacht geven aan de
Roemeens-orthodoxe geloofsgemeenschap. Die probeert daar nu subsidies voor te vinden,
maar ze krijgen niks van de stad”, zeggen Joris Bouve en Mark Dehoux van V.VAK. “We zijn
onlangs binnen geweest. De situatie is verschrikkelijk, er vallen stukken naar beneden. Het is
een begijnhofkerk van de jaren 1700, een paar jaar voor de Franse Revolutie en dan werd het de
Tempel van de Rede. Best wel een gebouw met een interessante geschiedenis en dan staat die
daar te verkommeren. Het is een Aalsters topmonument.”
“Voor elk gebouw met een erfgoedwaarde is het cruciaal dat het op een goede manier wordt
gebruikt. Erfgoed kan een stad attractief maken. Je wil toch een stad in vernieuwing, die zich
onderhoudt, die zich opsmukt voor de burgers en toeristen. Als het verval begint binnen te
sluipen, zie je het op de duur niet meer en krijg je een slecht imago. Er is veel gebeurd, we
denken aan de Sint-Martinuskerk en belfort, maar het moet verder gezet worden. Een zorgzame
stad, er is zoveel potentieel".
HLN 13/11/2024 - fotograaf Swirko
V.VAK - Vereniging voor Aalsters Kultuurschoon - trekt met een memorandum naar het
stadsbestuur van Aalst. In de vorige bestuursperiode kon mede onder druk van de
erfgoedorganisatie de Sint-Jozefskerk gered worden van de sloop, maar zoals Lucebert het
poëtisch stelde: ‘Alles van waarde is weerloos’. Ook voor het volgend stadsbestuur heeft V.VAK
een to-dolijstje klaarliggen.
V.VAK (Vereniging voor Aalsters Kultuurschoon), opgericht in 1953, ijvert voor het behoud en de
herwaardering van het cultuurhistorisch erfgoed van Groot-Aalst. De ene keer al met meer
succes dan de andere. In Aalst sneuvelde wel al wat belangrijk erfgoed, denk maar aan het
begijnhof, mede dankzij V.VAK kon er ook wel al wat gered worden. Nu de verkiezingen voorbij
zijn, geven Joris Bouve en Mark Dehoux van V.VAK. hun memorandum af aan het volgende
stadsbestuur.
Alles van na de Tweede Wereldoorlog.
“Het is de tweede keer dat we een memorandum maken. We stellen vast dat veel punten die we
in 2018 aankaartten, nog altijd actueel zijn. Het is een werk op lange termijn, dat weten we ook,
maar nu leggen we een paar nieuwe accenten. Heel belangrijk in ons nieuw memorandum:
‘Stad, neem uw verantwoordelijkheid op vlak van erfgoed’. Je hebt daar de mogelijkheid voor.
Als je het label ‘onroerenderfgoedgemeente’ zou opnemen, heb je meer bewegingsruimte”, zeggen
Joris Bouve en Mark Dehoux.
“Waar wij in Aalst altijd tegen aanstoten is de Inventaris Bouwkundig Erfgoed. In Aalst waren we
daar de eerste mee, in de jaren 1970. Op zich heel goed, maar die is wel geschreven met de
inzichten van die tijd. Ondertussen zijn we een halve eeuw verder. Een herenhuis zoals huis
Gheeraerdts in de Vaartstraat staat daar niet eens in. Het Huis De Bolle in de Zwarte
Zustersstraat, daarvoor zijn al sloopvergunningen aangevraagd. Alles met een 20ste-eeuwse
architectuur is er niet in opgenomen en het is ook nooit herbekeken geweest. Op de Inventaris
bijna alleen gebouwen van voor de Tweede Wereldoorlog. De art-nouveauwijk aan De
Visscherestraat, brutalistische gebouwen, enkele postmodernistische woningen maar ook de
woningen van de Dirk Martensstraat, de vroegere Safir-gebouwen bijvoorbeeld, ze staan er niet
op. De stad heeft daar nooit meer geld of tijd in gestoken, maar die noodzaak is er wel. Zo heb je
ook meer rechtszekerheid voor projectontwikkelaars. Je steekt daar tijd en personeelsuren in,
maar dit zou wel zeer nuttig zijn. Als je ‘onroerenderfgoedgemeente’ bent, dan kan je dat als
gemeente zelf doen."
De Sint-Jozefskerk is een kans.
“V.VAK vraagt aan de stad om zorg te dragen voor het Aalsterse onroerend erfgoed, zeker als het
eigendom is van de stad zelf. Huis Van Langenhove bijvoorbeeld staat in een enorm slechte
staat. Het zou van boven tot beneden vol huiszwam zitten ondertussen. De stad heeft daar haar
werk als goede huisvader niet gedaan. Dat wordt wel meegenomen in het masterplan van De
Pupillen, maar hoe lang gaat het nog duren? Ze hadden vijf jaar geleden al behoudende
maatregelen kunnen nemen”, zegt Joris van V.VAK. “Zo zijn er nog waardevolle gebouwen. De
leegstandsbelasting, is die ffectief en helpt die om ons erfgoed te redden?”
Ondertussen is de Sint-Jozefskerk gered en is de restauratie volop bezig. De grote vraag is nu:
welke functie krijgt het gebouw? “Herbestemming: ja. Maar doe zoveel mogelijk aan participatie.
Zorg dat ze van buiten Aalst naar de Sint-Jozefskerk komen. Een concertzaal ligt voor de hand,
maar ook beursvloer of horeca. Het is zo groot".
Een stad die zich opsmukt.
“Van de toppers zoals de Sint-Martinuskerk en het belfort wordt nu werk gemaakt, maar ook de
kleinere gebouwen verdienen aandacht. We denken aan de kapel op het Begijnhof, die is er ook
erg aan toe. Het gebouw is wel eigendom van de kerkfabriek en in erfpacht geven aan de
Roemeens-orthodoxe geloofsgemeenschap. Die probeert daar nu subsidies voor te vinden,
maar ze krijgen niks van de stad”, zeggen Joris Bouve en Mark Dehoux van V.VAK. “We zijn
onlangs binnen geweest. De situatie is verschrikkelijk, er vallen stukken naar beneden. Het is
een begijnhofkerk van de jaren 1700, een paar jaar voor de Franse Revolutie en dan werd het de
Tempel van de Rede. Best wel een gebouw met een interessante geschiedenis en dan staat die
daar te verkommeren. Het is een Aalsters topmonument.”
“Voor elk gebouw met een erfgoedwaarde is het cruciaal dat het op een goede manier wordt
gebruikt. Erfgoed kan een stad attractief maken. Je wil toch een stad in vernieuwing, die zich
onderhoudt, die zich opsmukt voor de burgers en toeristen. Als het verval begint binnen te
sluipen, zie je het op de duur niet meer en krijg je een slecht imago. Er is veel gebeurd, we
denken aan de Sint-Martinuskerk en belfort, maar het moet verder gezet worden. Een zorgzame
stad, er is zoveel potentieel".
HLN 13/11/2024 - fotograaf Swirko
Memorandum
Vereniging voor Aalsters Kultuurschoon (V.VAK)
De Vereniging voor Aalsters Kultuurschoon (VVAK) ijvert al sinds de jaren 50 van de vorige eeuw voor het behoud en de herwaardering van het cultuurhistorisch erfgoed van Groot Aalst. Door overleg met de bevoegde overheden, in de eerste plaats het stadsbestuur, en sensibilisering, proberen wij waardevolle panden, sites en roerend patrimonium voor het nageslacht te behouden.
Met de gemeenteraadsverkiezingen van 2024 in het vooruitzicht bieden wij de verschillende politieke partijen van Aalst onze visie op een goed erfgoedbeleid aan. Op die manier willen wij de toekomstige beleidsmakers ertoe aanzetten om duidelijke standpunten in te nemen op het vlak van erfgoedzorg en deze zorg te integreren in andere beleidsacties.
Tijdens de voorbije bestuursperiode heeft de VVAK steeds in goede verstandhouding kunnen samenwerken met het bestuur en de betrokken stadsdiensten. Soms verschilden wij van mening, maar steeds vonden de gesprekken plaats op een zeer respectvolle manier. Wij hopen van harte dat wij ook met de volgende bestuursploeg op een gelijkaardige wijze zullen kunnen samenwerken.
Vooraf
Enkele maanden voor de vorige gemeenteraadsverkiezingen in 2018 bezorgde de VVAK voor de eerste maal een memorandum aan de lokale politieke partijen.
Wij stellen vast dat veel punten die wij al in 2018 aankaartten nog steeds actueel zijn, en dat hieromtrent nog heel wat stappen te zetten zijn.
Concreet gaat het over het uitbouwen van een geïntegreerde beleidsvisie, waardevol erfgoed inventariseren en beschermen en initiatieven nemen om verloederd erfgoed te bewaren en te restaureren.
In het memorandum van 2018 signaleerden wij overigens ook al dat voor heel wat parochiekerken acties op het vlak van herbestemming noodzakelijk waren. Het dossier van de Sint-Jozefkerk toont aan dat wij het toen bij het rechte eind hadden.
In 2018 ontvingen wij bitter weinig reacties. Hopelijk heeft dit memorandum meer impact. Wij hopen dat u een standpunt inneemt t.o.v. de door ons aangereikte beleidspunten Meer nog, wij hopen dat u ze verwerkt in uw beleidsplan en, mocht u deel uitmaken van de volgende bestuursploeg, omzet in concrete acties.
Maak werk van een erfgoedvisie Aalst beschikt over monumenten waar andere steden jaloers op zijn: de Sint-Martinuskerk als topvoorbeeld van de Brabantse gotiek en de bijbehorende kunstschatten, het oudste schepenhuis in de Nederlanden, ons stedelijk museum ‘t Gasthuys , de Borse van Amsterdam, het stadhuiscomplex, …
Aalst heeft dus alle troeven om op het vlak van erfgoed zelf het heft in eigen handen te nemen. Daarom moet Aalst de stap zetten om een onroerenderfgoedgemeente te worden. Dan kan de stad écht een volwaardige erfgoedvisie op maat uittekenen en een aangepast beleid uitvoeren. Bovendien kan Aalst dan sterker wegen op het Vlaams beleid (bijv. met betrekking tot de beschermingsprojecten).
Aalst zal als onroerenderfgoedgemeente de bevoegdheid hebben om zelf inventarissen van bouwkundig en landschappelijk erfgoed op haar grondgebied vast te stellen. Dit zal voor Aalst zeker één van de prioriteiten worden. De inventaris van het bouwkundig erfgoed van Aalst is immers een van de oudste en al heel lang niet meer geactualiseerd. Zo ontbreken o.a. heel wat panden uit de art-deco-periode, de vijftiger jaren, het postmodernisme, het brutalisme, etc. . De stad hoeft dit niet alleen te doen: de VVAK heeft al in 2020 samen met andere erfgoedverenigingen uit Groot Aalst voorstellen gedaan om aan die inventaris een aantal waardevolle panden toe te voegen. In ons memorandum van 2018 deden wij bovendien enkele concrete suggesties voor beschermingen. Deze blijven voor ons relevant en we vragen de stad om hier actie te ondernemen.
Erfgoed op de inventaris en zeker beschermd erfgoed geeft aan de eigenaar meer rechtszekerheid én – voor wat beschermingen betreft – ook een financieel duwtje in de rug. Eigenaars van panden die opgenomen zijn in de vastgestelde inventaris kunnen bovendien een erfgoedlening krijgen (https://www.onroerenderfgoed.be/erfgoedlening) . De stad Aalst kan een subsidiebeleid ontwikkelen voor onroerend erfgoed
Aalst is het meer dan waard om erfgoedgemeente te worden. Verschillende Vlaamse gemeenten waren Aalst al voor [1]. En zoals gezegd: Aalst beschikt over het erfgoed om een erfgoedgemeente te worden: niet elke stad beschikt immers over een Sint-Martinuskerk of over het oudste schepenhuis van de Nederlanden... Zonder twijfel zal het de uitstraling van de stad ten goede komen. De investering dus meer dan waard.
Draag zorg voor beschermd erfgoed Een element dat zeker deel dient uit te maken van de beleidsvisie op erfgoed is de zorg voor beschermd erfgoed. En daar is nog veel werk aan de winkel. Jammer genoeg moet de VVAK al jarenlang de belabberde toestand aankaarten van enkele beschermde monumenten. De situatie is dermate zorgwekkend dat de VVAK op haar website sinds enkele jaren een rubriek stadskankers onderhoudt.
Ter illustratie halen wij er de drie meest in het oog springende aan:
De VVAK pleit er bij het nieuwe stadsbestuur voor om de strijd tegen de leegstand bij (beschermde) historische panden op te voeren (aanklampend beleid) via de leegstandsbelasting en andere juridische stappen, desgevallend in overleg met het Agentschap Onroerend Erfgoed. Werkt de huidige leegstandsbelasting[3] wel afdoende? Wordt de inventaris van leegstaande en verwaarloosde panden voldoende regelmatig geactualiseerd? Zijn de tarieven hoog genoeg om ontradend te werken? Feit is dat deze belasting blijkbaar geen effect heeft gehad op een aantal welbekende en sinds jaar en dag verwaarloosde historische panden.
Site Pupillen De VVAK volgt de evolutie in het dossier van de Pupillen al jaren van nabij op. Wij zijn verheugd dat de meest waardevolle gebouwen op de site bewaard zullen blijven. Zo’n belangrijke site pal in het stadscentrum verdient een toekomstbestendige herbestemming waarbij ook bezoekers van dit mooie stukje Aalst kunnen genieten. De site vormt een aaneenrijging van open en gesloten ruimtes die loopt van Utopia in het noorden tot de Grote Markt in het zuiden, geflankeerd door waardevolle historische gebouwen. In het ontwerp Ruimtelijk Uitvoeringsplan Stadhuis- en Pupillensite wordt de toekomstvisie voor deze site vastgelegd. Hoe de site er in de toekomst effectief zal uitzien is nu nog koffiedik kijken.
De VVAK pleit ervoor om zorgzaam om te gaan met deze waardevolle plek midden in de kern van de stad. Het park aan de Graanmarkt dient zijn huidig aanzicht (waardevolle hoogstammige bomen) te bewaren. Ook op deze site zou leegstand nefast zijn (het hiervoor aangehaalde verhaal van het Hotel Van Langenhove mag echt geen herhaling kennen).
Geef de Sint-Jozefkerk een waardevolle herbestemming De stad heeft, gesteund door een quasi unanieme instemming van de gemeenteraad, in 2023 terecht de beslissing genomen om het impressionante als monument beschermde neogotische gebouw te restaureren. In de zomer van 2023 is gestart met de restauratie van de 80 meter hoge toren, een echt baken in het Aalsters stadslandschap. Tegelijkertijd nam de stad de beslissing om jaarlijks maximaal 0,6 % van het stadsbudget voor de verdere restauratie te voorzien.
Vanzelfsprekend is de VVAK heel tevreden met deze beslissingen.
De VVAK heeft altijd gepleit voor het maximaal behoud van de erfgoedwaarden én voor een grondige denkoefening over de herbestemming van dit markant én beeldbepalend gebouw in relatie met het Esplanadeplein.
VVAK wenst te wijzen op het feit dat het interieur van de Sint-Jozefkerk vele zeer waardevolle kunstwerken bevat van de hand van kunstenaars die in hun tijd tot het kruim van de neogotische artistieke strekking behoorden. Dit erfgoed dient gevaloriseerd te worden.
Vanzelfsprekend mag ook niet voorbijgegaan worden aan het beschermde orgel van de gebroeders Vereecken uit Gijzegem dat volgens orgelexperten beschouwd wordt als het summum van hun orgelbouwkunst. Dit orgel moet bespeelbaar en in optimale omstandigheden beluisterbaar blijven. Bij herbestemmingsplannen dient zeker vooraf een grondige studie te gebeuren naar de impact van ingrepen in het interieur van het gebouw (bv. het plaatsten van - mobiele - wanden) op de akoestiek van het gebouw die naar verluidt zeer goed zou zijn (menig concert ging in de kerk door waaronder deze van het Aalsterse Cantate Domino en het beroemde zangkoor Scala). Misschien een idee voor het nieuwe stadsbestuur om naar de toekomst toe in de Sint-Jozefkerk orgelconcerten te organiseren[4] (het Vereeckenorgel werd trouwens reeds eerder gerestaureerd).
Wij zijn – zeker voor wat betreft de herbestemming van de beschermde Sint-Jozefkerk - een sterke voorstander van een open dialoog en een maximale betrokkenheid van de ruime bevolking. Uiteindelijk is het doel van de nieuwe functies van het gebouw om een zo ruim en divers mogelijk (nieuw) publiek aan te spreken.
Van het volgende stadbestuur verwachten wij dus dat zij de herbestemming van de Sint-Jozefkerk hoog op de agenda plaatsen. Een goed doordachte herbestemming met ruime betrokkenheid van de bevolking is ongetwijfeld een troef voor de stad. Zo kan de herbestemming van deze waardevolle kerk uitgroeien tot een innovatief en wervend project voor het volgend stadsbestuur, naar het voorbeeld van Utopia onder het huidige stadsbestuur.
De VVAK zelf kiest er alvast voor om de bevolking te inspireren. Wij hebben dit gedaan tijdens onze twee lezingen (28 maart en 21 mei 2024) tijdens dewelke de geschiedenis van de Sint-Jozefkerk én de herbestemming ervan centraal stonden.
Meerjarig onderhouds- en investeringsplan voor de Aalsterse kerken, kapellen en pastorieën In het verlengde van het in 2022 vastgestelde probleem van de aantasting van het dak van de Sint- Jozefkerk door de klopkever, kondigde het stadsbestuur aan een onderzoek te voeren naar de toestand van alle kerken op haar grondgebied.
VVAK vraagt zich af of deze studie werd afgerond, wat de conclusies waren en wat het stadsbestuur, in samenwerking met de kerkfabrieken, gaat ondernemen.
Het zou van goed bestuur getuigen om een meerjarenplanning op te maken voor systematisch onderhoud (bv . kleine dakherstellingen, reparaties van gebroken glas-in-loodramen, verfwerken aan schrijnwerk) van de gebouwen in overleg met de kerkfabrieken en dit plan consequent uit te voeren. Dit om groot verval tegen te gaan en grote investeringskosten te vermijden.
VVAK wijst erop dat men beroep kan doen op de Monumentenwacht om regelmatig een onderzoek te laten uitvoeren.
Begraafplaatsen De VVAK is verheugd met de initiatieven die het huidige stadsbestuur genomen heeft om de waardevolle historische graven te vrijwaren op de centrale begraafplaats van Aalst. Wij pleiten ervoor om dit ook voor de andere begraafplaatsen van Aalst te doen. Deze dienen nauwgezet geïnventariseerd te worden en beschermende maatregelen dienen genomen te worden. Monumentale graven dienen, indien ze in het bezit van de stad komen, stap voor stap gerestaureerd te worden via een meerjarenplan. Peter- en meterschap dient verder gepromoot te worden. Voor alle begraafplaatsen dienen beheersplannen opgemaakt te worden met oog voor deze vaak ook waardevolle groene stilteruimtes.
Stadsvernieuwing in combinatie met erfgoedzorg
VVAK pleit ervoor dat Aalst actiever aan stadsvernieuwing doet in combinatie met restauraties/renovatie van (al dan niet beschermde) markante historische panden.
Zo zou de stad bepaalde markante historische panden (woonhuizen bv.), die zich in slechte staat bevinden, kunnen aankopen, vervolgens renoveren en/of restaureren en nadien aan geïnteresseerden aanbieden (verkoop, verhuur, erfgoedpacht bv.). Andere steden doen dit ook reeds. Misschien een taak voor AGS (Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Aalst)?
Museumbeleid Het museum ‘t Gasthuys kampt momenteel met een tekort aan opslagruimte. De huidige depotruimtes puilen uit (historische voorwerpen staan her en der geplaatst). Ook de schilderijenopslagruimte zit propvol sinds de verhuis van de administratie naar het nieuwe administratieve centrum aan de Werf omdat er daar minder mogelijkheid is om schilderijen aan wanden op te hangen dan in de vroegere kantoorruimtes. VVAK vraagt aan het stadsbestuur om hier een oplossing voor te zoeken (bv. door huur of bouw van extra depotruimtes).
In het schilderijendepot staat trouwens een zeer groot paneel dat de omzetting op doek is van de prachtig gerestaureerde muurschildering die vroeger in de Heilige Geestkapel in de Kattestraat hing. Het is een indrukwekkend doek. Dit dient zeker gevaloriseerd te worden door het op een prominente plek op te hangen.
Ook de andere collecties (o.a. carnavalsmaskers, muntencollectie, wapencollectie, etc. ) dienen gevaloriseerd te worden. Er dient onderzocht te worden of het niet aangewezen is dat Aalst, als belangrijke centrumstad, over extra museumruimte zou kunnen beschikken om dit mogelijk te maken (door reconversie van een groot historisch pand bv.).
VVAK pleit voor het organiseren van een grote overzichtstentoonstelling van het werk van Valerius De Saedeleer. Daarbij kan Aalst niet alleen de werken tentoonstellen die het zelf in bezit heeft, maar ook de werken van privé-eigenaren (verder te onderzoeken) en de werken die in de collecties zitten van andere musea.
De Sint-Martinuskerk: een parel aan de Aalsterse kroon In 2027 zal de restauratie van de Sint-Martinuskerk volledig afgerond zijn. Een dossier waar de stad erin geslaagd is om de nodige budgetten bij elkaar te krijgen. Geen sinecure. Daarenboven vonden heel wat bezoekers de weg naar deze kerk in restauratie dankzij de tentoonstelling ‘Iedereen Rubens’.
De VVAK is samen met alle Aalstenaars nu al trots op het resultaat. En die fierheid zal alleen nog maar toenemen op het ogenblik dat de Sint-Martinuskerk weer in haar volle glorie zal schitteren.
Dergelijke initiatieven smaken naar meer.
De VVAK kijkt dus vol nieuwsgierigheid uit naar hoe het volgende stadsbestuur ons belangrijkste monument in de kijker zal zetten.
VVAK pleit voor de systematische (meerjarenplanning) restauratie van de historische vaandels (en desgevallend andere kunstwerken) die niet onder de huidige restauratiewerken vallen.
VVAK pleit voor de restauratie van het schilderij “De Prediking van Johannes de Doper” dat vroeger in de Aalsterse Heilig Hartkerk hing. Het won recent de Erfgoed Challenge van het KIK (Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium) door de massale steun van de Aalstenaars. Het schilderij uit 1604 is echter in slechte staat.
VVAK is voorstander van de organisatie van festiviteiten ter gelegenheid van de plechtige heropening van de volledig gerestaureerde kerk en vraagt de stad Aalst om in de komende bestuursperiode de nodige voorbereidingen hiertoe te treffen.
Begijnhof van Aalst Het begijnhof is een unieke site binnen de Aalsterse binnenstad.
Het bevat een aantal beschermde gebouwen zoals de begijnhofkerk (Sint-Catharinakerk), gebouwd in 1787-1794, de neobarokke Sint-Antonius-van Padua-kapel uit 1872, opgetrokken ter nagedachtenis van de mystieke begijn Joanna Dedemaecker uit het begin van de 17de eeuw, en het aan de kerkzijde bewaard gebleven gedeelte van de oude begijnhofmuur, met laat-17de-vroeg-18de-eeuwse muurkapelletje.
Momenteel zijn er dringend werken nodig aan de trouwens qua bouwstijl unieke begijnhofkerk (er hangen doeken aan het plafond tegen vallende stukken bv) die werd opgetrokken op het einde van het Ancien Régime. Ook de Sint-Antonius-van-Padua-kapel op de begijnhofsite is aan dringend herstel toe (momenteel zijn de glasramen met houten platen betimmerd).
VVAK vraagt het nieuwe stadsbestuur om de restauratiewerken in te plannen tijdens de komende bestuursperiode en, in samenwerking met de kerkfabriek, de nodige subsidies aan te vragen bij de Vlaamse Overheid vermits het om beschermde gebouwen gaat.
Daarnaast zijn er nog het statige neotraditionele gebouw uit 1878 en de 2 pittoreske historiserende retraitehuizen, gebouwd naar ontwerp van de Gentse architect Raymond Rooryck, die van het einde van de jaren dertig dateren.
De sociale woonwijk Oud Begijnhof, tussen 1954 en 1959 gebouwd door de Samenwerkende Maatschappij van Goedkope Woningen voor het Gewest Aalst naar plannen van architect Antoon Blanckaert, is een uiterst waardevol gebouwencomplex[5].
VVAK wenst sterk te pleiten voor de bescherming van het begijnhof en vraagt aan het nieuwe stadsbestuur om zo spoedig mogelijk een grondig onderbouwd dossier in te dienen bij de nieuwe minister bevoegd voor onroerend erfgoed en in overleg te treden met het Agentschap Onroerend Erfgoed. Dit omdat in de door het Agentschap Onroerend Erfgoed in 2015 uitgevoerde evaluatie het volgende te lezen valt (zie https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/127179/teksten)
“Evaluatie
Deze wijk werd binnen de thematische inventarisatie van het sociale woningbouwpatrimonium zeer hoge tot uitzonderlijke erfgoedwaarde toegekend (top van de selectie).
De begijnhofwijk te Aalst heeft een architecturale en stedenbouwkundige waarde als representatief en kwalitatief hoogstaand voorbeeld van de naoorlogse volkswijken en als sleutelwerk in het oeuvre van Antoon Blanckaert. De aanwezige kunstwerken geven het geheel ook een artistieke waarde. De verwijzingen naar het verdwenen begijnhof, in de aanleg en naamgeving, dragen bij tot de historische waarde, evenals de rol van Romain Moyersoen die op nationaal vlak een belangrijke rol speelde in de sociale huisvesting. Bepalende erfgoedelementen van de sociale woonwijk zijn de homogene architectuur van de lichtgrijze gevels, het wit schrijnwerk en de blauwzwarte dakpannen, en de specifieke aanleg met hoofdtoegang via poortgebouw in de Pontstraat en heel open, gemeenschappelijke groenzones.”
VVAK vraagt het nieuwe stadsbestuur om te onderzoeken, in overleg met de kerkfabriek die eigenaar is, of in het neotraditionele gebouw uit 1878 (het vroegere huis Jebron) geen museum kan ondergebracht worden over het vroegere begijnhof (over de historiek sinds de middeleeuwen, bewoners, gebruiken) en de huidige woonwijk Oud Begijnhof (desgevallend gekoppeld aan de geschiedenis van de (Aalsterse) sociale woningbouw). Het zou mooi zijn mocht de stad ook een grondig onderzoek laten uitvoeren of bestellen (via samenwerking met universiteiten bv.) naar het Aalsterse begijnhof en zijn vroegere bewoners met het oog op de uitgave van een boekwerk.
Iwein van Aelst Iwein van Aalst is een markante Aalsterse historische figuur. Het is een zeer belangrijke figuur voor de democratische gedachte die helaas tot op heden nog te weinig naar waarde wordt geschat, ook op het ruimere Vlaamse niveau (Vlaamse canon). VVAK vraagt aan de stad Aalst om de nodige contacten te leggen teneinde de figuur van Iwein van Aelst te laten opnemen in de Vlaamse canon die de Vlaamse Overheid van plan is aan te vullen.
Aalst wil in 2028 opnieuw een grootse ‘Iwein van Aalst’-herdenking opzetten, leert VVAK uit persberichten. Honderd jaar geleden gebeurde dat ook al. In 2028 zal het precies 900 jaar geleden zijn dat in de stad ‘de slag bij de Hertshage’ uitgevochten werd.
VVAK ondersteunt dit initiatief en vraagt het nieuwe stadsbestuur om de concrete plannen uit te werken. Ook hier dient men participatief te werk te gaan.
VVAK pleit voor het realiseren van een standbeeld ter ere van de democratische voorvechter .
VVAK heeft nog een aantal vragen voor het toekomstige Aalsterse stadsbestuur. Zal er in 2028 een grote historische stoet georganiseerd worden? Zal in het Belfort in de toekomst aandacht gaan naar deze figuur?
Hayne van Ghizeghem VVAK wenst dat het nieuwe stadbestuur de figuur van Hayne van Ghizeghem valoriseert.
Hayne van Ghizeghem[6] (vermoedelijk geboren in Gijzegem, 1445 – vermoedelijk gestorven in Frankrijk, 1472/1497) was een Franco-Vlaamse componist uit de Bourgondische School, dichter, luitspeler en zanger uit de Renaissance.
In de Déploration sur la mort d’Ockeghem wordt immers verhaald hoe Hayne de op 6 februari 1497 overleden Ockeghem ontvangt en hem zijn motet Ut heremita solus voorzingt, waarbij hij zich op een luit begeleidt. Dit is mogelijk geen louter literair beeld, maar een afspiegeling van werkelijk bestaande samenwerkingsverbanden tussen beide componisten.
Hayne staat voornamelijk bekend als componist van chansons; meestal motetten en rondelen zijn. De chansons Allez regrets en De tous biens plaine waren zo geliefd in het laat-15de-eeuwse Europa dat ze in wel liefst 25 afzonderlijke bronnen opduiken, waarvan sommige dateren van vóór de uitvinding van de boekdrukkunst. De chansons werden in tal van latere werken door andere componisten als bronmateriaal gebruikt. Haast alle werken van Hayne zijn driestemmig. Ze zijn eenvoudig en vertonen een helder polyfoon weefsel; typische eigenschappen van de Bourgondische school. De hoogste stem draagt de melodie.
VVAK vraagt aan de stad om een uitgebreid wetenschappelijk onderzoek te laten verrichten naar Hayne van Ghizeghem (in samenwerking met universiteiten, (in Oude Muziek gespecialiseerde) conservatoria en experten)[7].
Aan de figuur van Hayne van Ghizeghem kan in ieder geval een nieuw (weerkerend) Aalsters cultureel evenement gekoppeld worden rond Oude Muziek (muziek aan het Boergondische Hof bv.). De gerestaureerde Sint-Martinuskerk zou hiervoor het ideale decor kunnen zijn. Dit zou Aalst nog wat meer op de culturele map plaatsten.
Aalst heeft inzake koormuziek trouwens heel wat kennis, kunde en ervaring die best wat meer in de picture mag geplaatst worden. Denken we aan koren waaronder Cantate Domino, Kantilene en Incensum, alsook aan de koorexpert, koorleider en componist Maarten Van Ingelgem – verbonden aan de Aalsterse Academie voor Podiumkunsten en het Lemmensinstituut (Compositie en Muziektheorie) - die driemaal laureaat van de European Award for Choral Composers was en die Artistiek Leider was van de World Choir Games 2021 Vlaanderen).
Ga voor participatie Tijdens de voorbije bestuursperiode stelden wij vast dat de stad de weg van participatie amper bewandeld heeft. Nochtans creëert dergelijk aanpak meer betrokkenheid én draagvlak én komt men tot een rijkere besluitvorming.
De toekomst van erfgoed is bij uitstek een materie waarbij iedereen betrokken partij is, waar iedereen een mening over heeft. Het is daarom de rol van de stad om aandachtig te luisteren, belanghebbenden te consulteren, hen om advies te vragen, hen te laten meedenken en hen zelfs mee te laten beslissen. Hierin stappen zetten getuigt van een respectvolle relatie van het bestuur t.a.v. de burgers.
Wij zijn er vast van overtuigd dat de stad op deze manier tot een betere toekomstige en duurzame herbestemming zal komen.
Wij citeren ter illustratie de voormalige administrateur-generaal van het Instituut voor Natuur en BosOnderzoek (INBO) in een recent interview: “Wij hebben goede ervaringen met concreet problemen in een bepaalde omgeving participatief aan te pakken. Breng alle belanghebbenden rond de tafel en creëer begrip voor elkaars standpunten. Dat leidt vaak tot aanvaardbare oplossingen zonder barricadestellingen.”
Een goed erfgoedbeleid voor de stad Aalst vertrekt vanuit het feit dat erfgoed een ideaal bindmiddel is tussen bewoners en hun omgeving. Erfgoed heeft immers linken met een heleboel andere beleidsthema's. Zo zijn er verschillende mogelijkheden om erfgoed te verankeren in het ruimtelijk beleid[8]. Ook het verbanden met toerisme spreekt voor zich. Maar erfgoed heeft ook ontegensprekelijk verbanden met economie, cultuur, onderwijs en het specifieke karakter en de eigenheid van onze stad. ls het vanuit die redenering dan geen optie om erfgoed bij elk afzonderlijk thema ter sprake te brengen? Vanzelfsprekend heeft een goed erfgoedbeleid ook voldoende in zich om ook als een afzonderlijk thema in het toekomstige beleid van de stad voluit tot zijn recht te komen. De zorg voor (onroerend) erfgoed kan als katalysator en motor werken voor vele gewenste positieve effecten in andere beleidsdomeinen.
Zo pleit de VVAK er bij de stad voor om een beleid te voeren dat (onroerend, roerend en immaterieel) erfgoed promoot bij alle scholen op het Aalsters grondgebied, zowel de lagere scholen als de middelbare scholen. Aangepaste lespakketten voor de verschillende graden kunnen uitgewerkt en aangeboden worden aan de (geschiedenis)leraren en bezoeken aan Aalsterse monumenten en musea kunnen sterk gestimuleerd worden. Klasbezoeken van erfgoedmedewerkers kunnen ingepland worden. Een specifieke werkgroep met medewerkers van Denderland , de stad Aalst en vertegenwoordigers van de scholen kan opgericht worden.
De stad staat er echt niet alleen voor…
Verschillende verenigingen – waaronder zeker de VVAK – staan klaar om het stadbestuur mee te ondersteunen en als het nodig is de handen uit de mouwen te steken. Maar ook met andere actoren die actief zijn in de erfgoedsector kunnen partnerschappen worden afgesloten of verder uitgediept worden. VVAK pleit alleszins voor de versterking van de banden met de erfgoedcel Denderland, ook in het kader van Aalst als toekomstige onroerenderfgoedgemeente.
Verder denken wij daarbij bijvoorbeeld ook aan SOLVA, , AGSA,… of zelfs verenigingen als Herita.
Conclusie
Tijdens de volgende bestuursperiode zal de restauratie van de Sint-Martinuskerk afgerond worden. Een ideale gelegenheid dus om niet alleen dit uniek monument in al zijn pracht en praal in de kijker te zetten maar ook om een nieuwe Aalsterse visie op erfgoed te lanceren.
Met dit memorandum reikt de VVAK een aantal thema’s aan die deze Aalsterse erfgoedvisie kunnen schragen.
Wij kijken uit naar uw reacties op dit memorandum en zijn steeds bereid om u hierbij de nodige duiding te geven.
Hopelijk neemt de volgende bestuursploeg onze suggesties ter harte.
Namens het bestuur van de ‘Vereniging Voor Aalsters Kultuurschoon’ (VVAK)
Joris Bouve Mark Dehoux
Voorzitter Secretaris
(1) zie https://www.onroerenderfgoed.be/overzicht-van-de-erkende-onroerenderfgoedgemeenten
(2) Weliswaar gaat het hier om geen beschermd onroerend erfgoed maar wel over vastgesteld bouwkundig erfgoed dat deel uitmaakt van een beschermd stads- of dorpsgezicht. (zie https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/127792 en https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/8946)
(3) https://aalst.be/reglementen-verordeningen/belasting-op-de-leegstaande-en-de-bouwvallige/vervallen-woningen-en/of
(4) Cf. Anneessensreeks orgelconcerten te Geraardsbergen n.a.v. de restauratie van het Anneessensorgel in 2014 (https://www.facebook.com/people/Anneessensreeks-orgelconcerten/100068937215325/).
(5)Zie inventaris van het bouwkundig erfgoed (https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/127179)
(6)https://nl.wikipedia.org/wiki/Hayne_van_Ghizeghem
(7) De stad Ronse deed een soortgelijk onderzoek naar de figuur van Cypriaan De Rore (Cypriaan De Rore | Ronse)
(8) Zie https://www.onroerenderfgoed.be/publicaties/handboek-verankeren-van-erfgoed-ruimtelijk-beleid
Vereniging voor Aalsters Kultuurschoon (V.VAK)
De Vereniging voor Aalsters Kultuurschoon (VVAK) ijvert al sinds de jaren 50 van de vorige eeuw voor het behoud en de herwaardering van het cultuurhistorisch erfgoed van Groot Aalst. Door overleg met de bevoegde overheden, in de eerste plaats het stadsbestuur, en sensibilisering, proberen wij waardevolle panden, sites en roerend patrimonium voor het nageslacht te behouden.
Met de gemeenteraadsverkiezingen van 2024 in het vooruitzicht bieden wij de verschillende politieke partijen van Aalst onze visie op een goed erfgoedbeleid aan. Op die manier willen wij de toekomstige beleidsmakers ertoe aanzetten om duidelijke standpunten in te nemen op het vlak van erfgoedzorg en deze zorg te integreren in andere beleidsacties.
Tijdens de voorbije bestuursperiode heeft de VVAK steeds in goede verstandhouding kunnen samenwerken met het bestuur en de betrokken stadsdiensten. Soms verschilden wij van mening, maar steeds vonden de gesprekken plaats op een zeer respectvolle manier. Wij hopen van harte dat wij ook met de volgende bestuursploeg op een gelijkaardige wijze zullen kunnen samenwerken.
Vooraf
Enkele maanden voor de vorige gemeenteraadsverkiezingen in 2018 bezorgde de VVAK voor de eerste maal een memorandum aan de lokale politieke partijen.
Wij stellen vast dat veel punten die wij al in 2018 aankaartten nog steeds actueel zijn, en dat hieromtrent nog heel wat stappen te zetten zijn.
Concreet gaat het over het uitbouwen van een geïntegreerde beleidsvisie, waardevol erfgoed inventariseren en beschermen en initiatieven nemen om verloederd erfgoed te bewaren en te restaureren.
In het memorandum van 2018 signaleerden wij overigens ook al dat voor heel wat parochiekerken acties op het vlak van herbestemming noodzakelijk waren. Het dossier van de Sint-Jozefkerk toont aan dat wij het toen bij het rechte eind hadden.
In 2018 ontvingen wij bitter weinig reacties. Hopelijk heeft dit memorandum meer impact. Wij hopen dat u een standpunt inneemt t.o.v. de door ons aangereikte beleidspunten Meer nog, wij hopen dat u ze verwerkt in uw beleidsplan en, mocht u deel uitmaken van de volgende bestuursploeg, omzet in concrete acties.
Maak werk van een erfgoedvisie Aalst beschikt over monumenten waar andere steden jaloers op zijn: de Sint-Martinuskerk als topvoorbeeld van de Brabantse gotiek en de bijbehorende kunstschatten, het oudste schepenhuis in de Nederlanden, ons stedelijk museum ‘t Gasthuys , de Borse van Amsterdam, het stadhuiscomplex, …
Aalst heeft dus alle troeven om op het vlak van erfgoed zelf het heft in eigen handen te nemen. Daarom moet Aalst de stap zetten om een onroerenderfgoedgemeente te worden. Dan kan de stad écht een volwaardige erfgoedvisie op maat uittekenen en een aangepast beleid uitvoeren. Bovendien kan Aalst dan sterker wegen op het Vlaams beleid (bijv. met betrekking tot de beschermingsprojecten).
Aalst zal als onroerenderfgoedgemeente de bevoegdheid hebben om zelf inventarissen van bouwkundig en landschappelijk erfgoed op haar grondgebied vast te stellen. Dit zal voor Aalst zeker één van de prioriteiten worden. De inventaris van het bouwkundig erfgoed van Aalst is immers een van de oudste en al heel lang niet meer geactualiseerd. Zo ontbreken o.a. heel wat panden uit de art-deco-periode, de vijftiger jaren, het postmodernisme, het brutalisme, etc. . De stad hoeft dit niet alleen te doen: de VVAK heeft al in 2020 samen met andere erfgoedverenigingen uit Groot Aalst voorstellen gedaan om aan die inventaris een aantal waardevolle panden toe te voegen. In ons memorandum van 2018 deden wij bovendien enkele concrete suggesties voor beschermingen. Deze blijven voor ons relevant en we vragen de stad om hier actie te ondernemen.
Erfgoed op de inventaris en zeker beschermd erfgoed geeft aan de eigenaar meer rechtszekerheid én – voor wat beschermingen betreft – ook een financieel duwtje in de rug. Eigenaars van panden die opgenomen zijn in de vastgestelde inventaris kunnen bovendien een erfgoedlening krijgen (https://www.onroerenderfgoed.be/erfgoedlening) . De stad Aalst kan een subsidiebeleid ontwikkelen voor onroerend erfgoed
Aalst is het meer dan waard om erfgoedgemeente te worden. Verschillende Vlaamse gemeenten waren Aalst al voor [1]. En zoals gezegd: Aalst beschikt over het erfgoed om een erfgoedgemeente te worden: niet elke stad beschikt immers over een Sint-Martinuskerk of over het oudste schepenhuis van de Nederlanden... Zonder twijfel zal het de uitstraling van de stad ten goede komen. De investering dus meer dan waard.
Draag zorg voor beschermd erfgoed Een element dat zeker deel dient uit te maken van de beleidsvisie op erfgoed is de zorg voor beschermd erfgoed. En daar is nog veel werk aan de winkel. Jammer genoeg moet de VVAK al jarenlang de belabberde toestand aankaarten van enkele beschermde monumenten. De situatie is dermate zorgwekkend dat de VVAK op haar website sinds enkele jaren een rubriek stadskankers onderhoudt.
Ter illustratie halen wij er de drie meest in het oog springende aan:
- Vlak in de buurt van de prachtige, bijna volledig gerestaureerde Sint-Martinuskerk staat het ‘Huis De Hert’ of ‘Erve De Stove’ (hoek Pontstraat – Sint-Martensplein) er in een belabberde toestand bij. Een stadskanker rechtover ons meest waardevolle monument. Het ‘Huis De Hert’ is een beschermd pand dat sinds de laatste bewoonster het huis verlaten heeft steeds verder aftakelt. Recent nog stelden wij vast dat een van de ramen gebroken was. Dringende maatregelen zijn noodzakelijk want anders dreigt dit waardevolle pand – en een groot deel van het achterliggende woonblok – voorgoed verloren te gaan.
- Ook de toestand van het rococo Hotel Van Langenhove in de Zwarte Zusterstraat (Kapellestraat) is zorgwekkend. Extra pijnlijk is dit omdat het hier gaat over stadseigendom. Een overheid moet steeds het goede voorbeeld geven, de stad Aalst dus ook!
- Het gebouw van de vroegere ‘Rijksdienst voor Arbeid en Tewerkstelling’[2] staat al jaren leeg en is een lelijke vlek op het zo statige Keizersplein. Ook in dit dossier heeft de (hogere) overheid boter op haar hoofd.
De VVAK pleit er bij het nieuwe stadsbestuur voor om de strijd tegen de leegstand bij (beschermde) historische panden op te voeren (aanklampend beleid) via de leegstandsbelasting en andere juridische stappen, desgevallend in overleg met het Agentschap Onroerend Erfgoed. Werkt de huidige leegstandsbelasting[3] wel afdoende? Wordt de inventaris van leegstaande en verwaarloosde panden voldoende regelmatig geactualiseerd? Zijn de tarieven hoog genoeg om ontradend te werken? Feit is dat deze belasting blijkbaar geen effect heeft gehad op een aantal welbekende en sinds jaar en dag verwaarloosde historische panden.
Site Pupillen De VVAK volgt de evolutie in het dossier van de Pupillen al jaren van nabij op. Wij zijn verheugd dat de meest waardevolle gebouwen op de site bewaard zullen blijven. Zo’n belangrijke site pal in het stadscentrum verdient een toekomstbestendige herbestemming waarbij ook bezoekers van dit mooie stukje Aalst kunnen genieten. De site vormt een aaneenrijging van open en gesloten ruimtes die loopt van Utopia in het noorden tot de Grote Markt in het zuiden, geflankeerd door waardevolle historische gebouwen. In het ontwerp Ruimtelijk Uitvoeringsplan Stadhuis- en Pupillensite wordt de toekomstvisie voor deze site vastgelegd. Hoe de site er in de toekomst effectief zal uitzien is nu nog koffiedik kijken.
De VVAK pleit ervoor om zorgzaam om te gaan met deze waardevolle plek midden in de kern van de stad. Het park aan de Graanmarkt dient zijn huidig aanzicht (waardevolle hoogstammige bomen) te bewaren. Ook op deze site zou leegstand nefast zijn (het hiervoor aangehaalde verhaal van het Hotel Van Langenhove mag echt geen herhaling kennen).
Geef de Sint-Jozefkerk een waardevolle herbestemming De stad heeft, gesteund door een quasi unanieme instemming van de gemeenteraad, in 2023 terecht de beslissing genomen om het impressionante als monument beschermde neogotische gebouw te restaureren. In de zomer van 2023 is gestart met de restauratie van de 80 meter hoge toren, een echt baken in het Aalsters stadslandschap. Tegelijkertijd nam de stad de beslissing om jaarlijks maximaal 0,6 % van het stadsbudget voor de verdere restauratie te voorzien.
Vanzelfsprekend is de VVAK heel tevreden met deze beslissingen.
De VVAK heeft altijd gepleit voor het maximaal behoud van de erfgoedwaarden én voor een grondige denkoefening over de herbestemming van dit markant én beeldbepalend gebouw in relatie met het Esplanadeplein.
VVAK wenst te wijzen op het feit dat het interieur van de Sint-Jozefkerk vele zeer waardevolle kunstwerken bevat van de hand van kunstenaars die in hun tijd tot het kruim van de neogotische artistieke strekking behoorden. Dit erfgoed dient gevaloriseerd te worden.
Vanzelfsprekend mag ook niet voorbijgegaan worden aan het beschermde orgel van de gebroeders Vereecken uit Gijzegem dat volgens orgelexperten beschouwd wordt als het summum van hun orgelbouwkunst. Dit orgel moet bespeelbaar en in optimale omstandigheden beluisterbaar blijven. Bij herbestemmingsplannen dient zeker vooraf een grondige studie te gebeuren naar de impact van ingrepen in het interieur van het gebouw (bv. het plaatsten van - mobiele - wanden) op de akoestiek van het gebouw die naar verluidt zeer goed zou zijn (menig concert ging in de kerk door waaronder deze van het Aalsterse Cantate Domino en het beroemde zangkoor Scala). Misschien een idee voor het nieuwe stadsbestuur om naar de toekomst toe in de Sint-Jozefkerk orgelconcerten te organiseren[4] (het Vereeckenorgel werd trouwens reeds eerder gerestaureerd).
Wij zijn – zeker voor wat betreft de herbestemming van de beschermde Sint-Jozefkerk - een sterke voorstander van een open dialoog en een maximale betrokkenheid van de ruime bevolking. Uiteindelijk is het doel van de nieuwe functies van het gebouw om een zo ruim en divers mogelijk (nieuw) publiek aan te spreken.
Van het volgende stadbestuur verwachten wij dus dat zij de herbestemming van de Sint-Jozefkerk hoog op de agenda plaatsen. Een goed doordachte herbestemming met ruime betrokkenheid van de bevolking is ongetwijfeld een troef voor de stad. Zo kan de herbestemming van deze waardevolle kerk uitgroeien tot een innovatief en wervend project voor het volgend stadsbestuur, naar het voorbeeld van Utopia onder het huidige stadsbestuur.
De VVAK zelf kiest er alvast voor om de bevolking te inspireren. Wij hebben dit gedaan tijdens onze twee lezingen (28 maart en 21 mei 2024) tijdens dewelke de geschiedenis van de Sint-Jozefkerk én de herbestemming ervan centraal stonden.
Meerjarig onderhouds- en investeringsplan voor de Aalsterse kerken, kapellen en pastorieën In het verlengde van het in 2022 vastgestelde probleem van de aantasting van het dak van de Sint- Jozefkerk door de klopkever, kondigde het stadsbestuur aan een onderzoek te voeren naar de toestand van alle kerken op haar grondgebied.
VVAK vraagt zich af of deze studie werd afgerond, wat de conclusies waren en wat het stadsbestuur, in samenwerking met de kerkfabrieken, gaat ondernemen.
Het zou van goed bestuur getuigen om een meerjarenplanning op te maken voor systematisch onderhoud (bv . kleine dakherstellingen, reparaties van gebroken glas-in-loodramen, verfwerken aan schrijnwerk) van de gebouwen in overleg met de kerkfabrieken en dit plan consequent uit te voeren. Dit om groot verval tegen te gaan en grote investeringskosten te vermijden.
VVAK wijst erop dat men beroep kan doen op de Monumentenwacht om regelmatig een onderzoek te laten uitvoeren.
Begraafplaatsen De VVAK is verheugd met de initiatieven die het huidige stadsbestuur genomen heeft om de waardevolle historische graven te vrijwaren op de centrale begraafplaats van Aalst. Wij pleiten ervoor om dit ook voor de andere begraafplaatsen van Aalst te doen. Deze dienen nauwgezet geïnventariseerd te worden en beschermende maatregelen dienen genomen te worden. Monumentale graven dienen, indien ze in het bezit van de stad komen, stap voor stap gerestaureerd te worden via een meerjarenplan. Peter- en meterschap dient verder gepromoot te worden. Voor alle begraafplaatsen dienen beheersplannen opgemaakt te worden met oog voor deze vaak ook waardevolle groene stilteruimtes.
Stadsvernieuwing in combinatie met erfgoedzorg
VVAK pleit ervoor dat Aalst actiever aan stadsvernieuwing doet in combinatie met restauraties/renovatie van (al dan niet beschermde) markante historische panden.
Zo zou de stad bepaalde markante historische panden (woonhuizen bv.), die zich in slechte staat bevinden, kunnen aankopen, vervolgens renoveren en/of restaureren en nadien aan geïnteresseerden aanbieden (verkoop, verhuur, erfgoedpacht bv.). Andere steden doen dit ook reeds. Misschien een taak voor AGS (Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Aalst)?
Museumbeleid Het museum ‘t Gasthuys kampt momenteel met een tekort aan opslagruimte. De huidige depotruimtes puilen uit (historische voorwerpen staan her en der geplaatst). Ook de schilderijenopslagruimte zit propvol sinds de verhuis van de administratie naar het nieuwe administratieve centrum aan de Werf omdat er daar minder mogelijkheid is om schilderijen aan wanden op te hangen dan in de vroegere kantoorruimtes. VVAK vraagt aan het stadsbestuur om hier een oplossing voor te zoeken (bv. door huur of bouw van extra depotruimtes).
In het schilderijendepot staat trouwens een zeer groot paneel dat de omzetting op doek is van de prachtig gerestaureerde muurschildering die vroeger in de Heilige Geestkapel in de Kattestraat hing. Het is een indrukwekkend doek. Dit dient zeker gevaloriseerd te worden door het op een prominente plek op te hangen.
Ook de andere collecties (o.a. carnavalsmaskers, muntencollectie, wapencollectie, etc. ) dienen gevaloriseerd te worden. Er dient onderzocht te worden of het niet aangewezen is dat Aalst, als belangrijke centrumstad, over extra museumruimte zou kunnen beschikken om dit mogelijk te maken (door reconversie van een groot historisch pand bv.).
VVAK pleit voor het organiseren van een grote overzichtstentoonstelling van het werk van Valerius De Saedeleer. Daarbij kan Aalst niet alleen de werken tentoonstellen die het zelf in bezit heeft, maar ook de werken van privé-eigenaren (verder te onderzoeken) en de werken die in de collecties zitten van andere musea.
De Sint-Martinuskerk: een parel aan de Aalsterse kroon In 2027 zal de restauratie van de Sint-Martinuskerk volledig afgerond zijn. Een dossier waar de stad erin geslaagd is om de nodige budgetten bij elkaar te krijgen. Geen sinecure. Daarenboven vonden heel wat bezoekers de weg naar deze kerk in restauratie dankzij de tentoonstelling ‘Iedereen Rubens’.
De VVAK is samen met alle Aalstenaars nu al trots op het resultaat. En die fierheid zal alleen nog maar toenemen op het ogenblik dat de Sint-Martinuskerk weer in haar volle glorie zal schitteren.
Dergelijke initiatieven smaken naar meer.
De VVAK kijkt dus vol nieuwsgierigheid uit naar hoe het volgende stadsbestuur ons belangrijkste monument in de kijker zal zetten.
VVAK pleit voor de systematische (meerjarenplanning) restauratie van de historische vaandels (en desgevallend andere kunstwerken) die niet onder de huidige restauratiewerken vallen.
VVAK pleit voor de restauratie van het schilderij “De Prediking van Johannes de Doper” dat vroeger in de Aalsterse Heilig Hartkerk hing. Het won recent de Erfgoed Challenge van het KIK (Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium) door de massale steun van de Aalstenaars. Het schilderij uit 1604 is echter in slechte staat.
VVAK is voorstander van de organisatie van festiviteiten ter gelegenheid van de plechtige heropening van de volledig gerestaureerde kerk en vraagt de stad Aalst om in de komende bestuursperiode de nodige voorbereidingen hiertoe te treffen.
Begijnhof van Aalst Het begijnhof is een unieke site binnen de Aalsterse binnenstad.
Het bevat een aantal beschermde gebouwen zoals de begijnhofkerk (Sint-Catharinakerk), gebouwd in 1787-1794, de neobarokke Sint-Antonius-van Padua-kapel uit 1872, opgetrokken ter nagedachtenis van de mystieke begijn Joanna Dedemaecker uit het begin van de 17de eeuw, en het aan de kerkzijde bewaard gebleven gedeelte van de oude begijnhofmuur, met laat-17de-vroeg-18de-eeuwse muurkapelletje.
Momenteel zijn er dringend werken nodig aan de trouwens qua bouwstijl unieke begijnhofkerk (er hangen doeken aan het plafond tegen vallende stukken bv) die werd opgetrokken op het einde van het Ancien Régime. Ook de Sint-Antonius-van-Padua-kapel op de begijnhofsite is aan dringend herstel toe (momenteel zijn de glasramen met houten platen betimmerd).
VVAK vraagt het nieuwe stadsbestuur om de restauratiewerken in te plannen tijdens de komende bestuursperiode en, in samenwerking met de kerkfabriek, de nodige subsidies aan te vragen bij de Vlaamse Overheid vermits het om beschermde gebouwen gaat.
Daarnaast zijn er nog het statige neotraditionele gebouw uit 1878 en de 2 pittoreske historiserende retraitehuizen, gebouwd naar ontwerp van de Gentse architect Raymond Rooryck, die van het einde van de jaren dertig dateren.
De sociale woonwijk Oud Begijnhof, tussen 1954 en 1959 gebouwd door de Samenwerkende Maatschappij van Goedkope Woningen voor het Gewest Aalst naar plannen van architect Antoon Blanckaert, is een uiterst waardevol gebouwencomplex[5].
VVAK wenst sterk te pleiten voor de bescherming van het begijnhof en vraagt aan het nieuwe stadsbestuur om zo spoedig mogelijk een grondig onderbouwd dossier in te dienen bij de nieuwe minister bevoegd voor onroerend erfgoed en in overleg te treden met het Agentschap Onroerend Erfgoed. Dit omdat in de door het Agentschap Onroerend Erfgoed in 2015 uitgevoerde evaluatie het volgende te lezen valt (zie https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/127179/teksten)
“Evaluatie
Deze wijk werd binnen de thematische inventarisatie van het sociale woningbouwpatrimonium zeer hoge tot uitzonderlijke erfgoedwaarde toegekend (top van de selectie).
De begijnhofwijk te Aalst heeft een architecturale en stedenbouwkundige waarde als representatief en kwalitatief hoogstaand voorbeeld van de naoorlogse volkswijken en als sleutelwerk in het oeuvre van Antoon Blanckaert. De aanwezige kunstwerken geven het geheel ook een artistieke waarde. De verwijzingen naar het verdwenen begijnhof, in de aanleg en naamgeving, dragen bij tot de historische waarde, evenals de rol van Romain Moyersoen die op nationaal vlak een belangrijke rol speelde in de sociale huisvesting. Bepalende erfgoedelementen van de sociale woonwijk zijn de homogene architectuur van de lichtgrijze gevels, het wit schrijnwerk en de blauwzwarte dakpannen, en de specifieke aanleg met hoofdtoegang via poortgebouw in de Pontstraat en heel open, gemeenschappelijke groenzones.”
VVAK vraagt het nieuwe stadsbestuur om te onderzoeken, in overleg met de kerkfabriek die eigenaar is, of in het neotraditionele gebouw uit 1878 (het vroegere huis Jebron) geen museum kan ondergebracht worden over het vroegere begijnhof (over de historiek sinds de middeleeuwen, bewoners, gebruiken) en de huidige woonwijk Oud Begijnhof (desgevallend gekoppeld aan de geschiedenis van de (Aalsterse) sociale woningbouw). Het zou mooi zijn mocht de stad ook een grondig onderzoek laten uitvoeren of bestellen (via samenwerking met universiteiten bv.) naar het Aalsterse begijnhof en zijn vroegere bewoners met het oog op de uitgave van een boekwerk.
Iwein van Aelst Iwein van Aalst is een markante Aalsterse historische figuur. Het is een zeer belangrijke figuur voor de democratische gedachte die helaas tot op heden nog te weinig naar waarde wordt geschat, ook op het ruimere Vlaamse niveau (Vlaamse canon). VVAK vraagt aan de stad Aalst om de nodige contacten te leggen teneinde de figuur van Iwein van Aelst te laten opnemen in de Vlaamse canon die de Vlaamse Overheid van plan is aan te vullen.
Aalst wil in 2028 opnieuw een grootse ‘Iwein van Aalst’-herdenking opzetten, leert VVAK uit persberichten. Honderd jaar geleden gebeurde dat ook al. In 2028 zal het precies 900 jaar geleden zijn dat in de stad ‘de slag bij de Hertshage’ uitgevochten werd.
VVAK ondersteunt dit initiatief en vraagt het nieuwe stadsbestuur om de concrete plannen uit te werken. Ook hier dient men participatief te werk te gaan.
VVAK pleit voor het realiseren van een standbeeld ter ere van de democratische voorvechter .
VVAK heeft nog een aantal vragen voor het toekomstige Aalsterse stadsbestuur. Zal er in 2028 een grote historische stoet georganiseerd worden? Zal in het Belfort in de toekomst aandacht gaan naar deze figuur?
Hayne van Ghizeghem VVAK wenst dat het nieuwe stadbestuur de figuur van Hayne van Ghizeghem valoriseert.
Hayne van Ghizeghem[6] (vermoedelijk geboren in Gijzegem, 1445 – vermoedelijk gestorven in Frankrijk, 1472/1497) was een Franco-Vlaamse componist uit de Bourgondische School, dichter, luitspeler en zanger uit de Renaissance.
In de Déploration sur la mort d’Ockeghem wordt immers verhaald hoe Hayne de op 6 februari 1497 overleden Ockeghem ontvangt en hem zijn motet Ut heremita solus voorzingt, waarbij hij zich op een luit begeleidt. Dit is mogelijk geen louter literair beeld, maar een afspiegeling van werkelijk bestaande samenwerkingsverbanden tussen beide componisten.
Hayne staat voornamelijk bekend als componist van chansons; meestal motetten en rondelen zijn. De chansons Allez regrets en De tous biens plaine waren zo geliefd in het laat-15de-eeuwse Europa dat ze in wel liefst 25 afzonderlijke bronnen opduiken, waarvan sommige dateren van vóór de uitvinding van de boekdrukkunst. De chansons werden in tal van latere werken door andere componisten als bronmateriaal gebruikt. Haast alle werken van Hayne zijn driestemmig. Ze zijn eenvoudig en vertonen een helder polyfoon weefsel; typische eigenschappen van de Bourgondische school. De hoogste stem draagt de melodie.
VVAK vraagt aan de stad om een uitgebreid wetenschappelijk onderzoek te laten verrichten naar Hayne van Ghizeghem (in samenwerking met universiteiten, (in Oude Muziek gespecialiseerde) conservatoria en experten)[7].
Aan de figuur van Hayne van Ghizeghem kan in ieder geval een nieuw (weerkerend) Aalsters cultureel evenement gekoppeld worden rond Oude Muziek (muziek aan het Boergondische Hof bv.). De gerestaureerde Sint-Martinuskerk zou hiervoor het ideale decor kunnen zijn. Dit zou Aalst nog wat meer op de culturele map plaatsten.
Aalst heeft inzake koormuziek trouwens heel wat kennis, kunde en ervaring die best wat meer in de picture mag geplaatst worden. Denken we aan koren waaronder Cantate Domino, Kantilene en Incensum, alsook aan de koorexpert, koorleider en componist Maarten Van Ingelgem – verbonden aan de Aalsterse Academie voor Podiumkunsten en het Lemmensinstituut (Compositie en Muziektheorie) - die driemaal laureaat van de European Award for Choral Composers was en die Artistiek Leider was van de World Choir Games 2021 Vlaanderen).
Ga voor participatie Tijdens de voorbije bestuursperiode stelden wij vast dat de stad de weg van participatie amper bewandeld heeft. Nochtans creëert dergelijk aanpak meer betrokkenheid én draagvlak én komt men tot een rijkere besluitvorming.
De toekomst van erfgoed is bij uitstek een materie waarbij iedereen betrokken partij is, waar iedereen een mening over heeft. Het is daarom de rol van de stad om aandachtig te luisteren, belanghebbenden te consulteren, hen om advies te vragen, hen te laten meedenken en hen zelfs mee te laten beslissen. Hierin stappen zetten getuigt van een respectvolle relatie van het bestuur t.a.v. de burgers.
Wij zijn er vast van overtuigd dat de stad op deze manier tot een betere toekomstige en duurzame herbestemming zal komen.
Wij citeren ter illustratie de voormalige administrateur-generaal van het Instituut voor Natuur en BosOnderzoek (INBO) in een recent interview: “Wij hebben goede ervaringen met concreet problemen in een bepaalde omgeving participatief aan te pakken. Breng alle belanghebbenden rond de tafel en creëer begrip voor elkaars standpunten. Dat leidt vaak tot aanvaardbare oplossingen zonder barricadestellingen.”
Een goed erfgoedbeleid voor de stad Aalst vertrekt vanuit het feit dat erfgoed een ideaal bindmiddel is tussen bewoners en hun omgeving. Erfgoed heeft immers linken met een heleboel andere beleidsthema's. Zo zijn er verschillende mogelijkheden om erfgoed te verankeren in het ruimtelijk beleid[8]. Ook het verbanden met toerisme spreekt voor zich. Maar erfgoed heeft ook ontegensprekelijk verbanden met economie, cultuur, onderwijs en het specifieke karakter en de eigenheid van onze stad. ls het vanuit die redenering dan geen optie om erfgoed bij elk afzonderlijk thema ter sprake te brengen? Vanzelfsprekend heeft een goed erfgoedbeleid ook voldoende in zich om ook als een afzonderlijk thema in het toekomstige beleid van de stad voluit tot zijn recht te komen. De zorg voor (onroerend) erfgoed kan als katalysator en motor werken voor vele gewenste positieve effecten in andere beleidsdomeinen.
Zo pleit de VVAK er bij de stad voor om een beleid te voeren dat (onroerend, roerend en immaterieel) erfgoed promoot bij alle scholen op het Aalsters grondgebied, zowel de lagere scholen als de middelbare scholen. Aangepaste lespakketten voor de verschillende graden kunnen uitgewerkt en aangeboden worden aan de (geschiedenis)leraren en bezoeken aan Aalsterse monumenten en musea kunnen sterk gestimuleerd worden. Klasbezoeken van erfgoedmedewerkers kunnen ingepland worden. Een specifieke werkgroep met medewerkers van Denderland , de stad Aalst en vertegenwoordigers van de scholen kan opgericht worden.
De stad staat er echt niet alleen voor…
Verschillende verenigingen – waaronder zeker de VVAK – staan klaar om het stadbestuur mee te ondersteunen en als het nodig is de handen uit de mouwen te steken. Maar ook met andere actoren die actief zijn in de erfgoedsector kunnen partnerschappen worden afgesloten of verder uitgediept worden. VVAK pleit alleszins voor de versterking van de banden met de erfgoedcel Denderland, ook in het kader van Aalst als toekomstige onroerenderfgoedgemeente.
Verder denken wij daarbij bijvoorbeeld ook aan SOLVA, , AGSA,… of zelfs verenigingen als Herita.
Conclusie
Tijdens de volgende bestuursperiode zal de restauratie van de Sint-Martinuskerk afgerond worden. Een ideale gelegenheid dus om niet alleen dit uniek monument in al zijn pracht en praal in de kijker te zetten maar ook om een nieuwe Aalsterse visie op erfgoed te lanceren.
Met dit memorandum reikt de VVAK een aantal thema’s aan die deze Aalsterse erfgoedvisie kunnen schragen.
Wij kijken uit naar uw reacties op dit memorandum en zijn steeds bereid om u hierbij de nodige duiding te geven.
Hopelijk neemt de volgende bestuursploeg onze suggesties ter harte.
Namens het bestuur van de ‘Vereniging Voor Aalsters Kultuurschoon’ (VVAK)
Joris Bouve Mark Dehoux
Voorzitter Secretaris
(1) zie https://www.onroerenderfgoed.be/overzicht-van-de-erkende-onroerenderfgoedgemeenten
(2) Weliswaar gaat het hier om geen beschermd onroerend erfgoed maar wel over vastgesteld bouwkundig erfgoed dat deel uitmaakt van een beschermd stads- of dorpsgezicht. (zie https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/127792 en https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/8946)
(3) https://aalst.be/reglementen-verordeningen/belasting-op-de-leegstaande-en-de-bouwvallige/vervallen-woningen-en/of
(4) Cf. Anneessensreeks orgelconcerten te Geraardsbergen n.a.v. de restauratie van het Anneessensorgel in 2014 (https://www.facebook.com/people/Anneessensreeks-orgelconcerten/100068937215325/).
(5)Zie inventaris van het bouwkundig erfgoed (https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/127179)
(6)https://nl.wikipedia.org/wiki/Hayne_van_Ghizeghem
(7) De stad Ronse deed een soortgelijk onderzoek naar de figuur van Cypriaan De Rore (Cypriaan De Rore | Ronse)
(8) Zie https://www.onroerenderfgoed.be/publicaties/handboek-verankeren-van-erfgoed-ruimtelijk-beleid
Vrienden Van Aalsters Kultuurschoon
v.vak bestuur Voorzitter: Joris Bouve Ondervoorzitter: Marnix Cherretté Secretaris: Mark Dehoux Penningmeester: Tine Mertens Public relations: Ilse Top Fotograaf Iwein De Keyzer Website: André Schollaert Bestuursleden: Anne De Smet Luc De Vriese Luc Robijns Luc Van Der Helst Olivier Van Kerkhoven Erevoorzitter André De Ceuninck (+) Wilfried Vernaeve Eresecretaris Luc Van Der Helst Erebestuursleden Gerrit Henninck Marc Uyttersprot Godelieve Renneboog Robert Van Gysegem Monique Van Hover-Gesels email: [email protected] schrijven naar: Joris Bouve Meuleschettestraat 14 9300 Aalst je vindt ons ook op Facebook en Instagram copyright vvak |
In Memoriam André De Ceuninck
Op vrijdag 12 april jongstleden overleed op 75-jarige leeftijd en dit na een kortstondige ziekte André De Ceuninck. André was architect-stedenbouwkundige en was van 1990 tot 2002 voorzitter van de VVAK (Vereniging voor Aalsters Kultuurschoon). Daarna bleef hij nog jarenlang archivaris van de vereniging. Hij kende het Aalsters erfgoed als geen ander. Zijn artikels over de geschiedenis van Aalst, over het Belfort en het Begijnhof in de VVAK Mededelingen bewijzen dit volop. Als voorzitter zal hij bekend blijven als groot pleitbezorger voor het behoud van de Heilige Geestkapel in de Kattestraat. Een strijd, die hij uiteindelijk ook gedeeltelijk won. Reeds van in zijn jeugd ging zijn bijzondere belangstelling uit naar Aalst rechteroever en naar de Heilig Hartwijk, waar hij woonde, in het bijzonder. Zo stelde hij talrijke toekomstplannen op voor deze wijk en voor een herinrichting van de stadsring in het bijzonder. In dit kader pleitte hij eveneens voor het behoud van het oud rusthuis Sint-Lieven in de Dokter De Moorstraat. Als architect werkte hij o.a. aan plannen voor restauratie en vernieuwing van het oud stadhuis op de Grote Markt, waarvan er een deel gerealiseerd werden. Ook de nieuwbouw van de Technigo school in de Welvaartstraat en het opvangcentrum voor buitenlandse minderjarigen aan het Volksplein in de wijk Sint-Anna waren van hem. André De Ceuninck overleed in Nieuwpoort, waar hij reeds enkele jaren verbleef. Ook hier toonde hij zijn belangstelling voor het plaatselijk erfgoed door de publicatie van een wandelbrochure over de monumenten van Nieuwpoort stad. André was een levensgenieter en wij zullen hem blijven herinneren als een mooi en hartelijk mens met een liefde voor Aalst en erfgoed. Luc Van Der Helst Vrienden Van Aalsters Kultuurschoon |