Voorwerpen
Dode voorwerpen zijn altijd te vertrouwen en er valt ze, helaas, niets te verwijten. Het is me nooit gelukt om een stoel te zien die van de ene op de andere poot ging staan, of een bed dat steigerde. En ook tafels durven nooit te knielen, zelfs niet als ze moe zijn. Ik heb het vermoeden dat de voorwerpen dat uit pedagogische overwegingen doen, om ons voortdurend aan onze onstandvastigheid te herinneren.
(Een tekst uit 'Hermes, de hond en ster' van Zbigniew Herbert: Voorwerpen)
Dode voorwerpen zijn altijd te vertrouwen en er valt ze, helaas, niets te verwijten. Het is me nooit gelukt om een stoel te zien die van de ene op de andere poot ging staan, of een bed dat steigerde. En ook tafels durven nooit te knielen, zelfs niet als ze moe zijn. Ik heb het vermoeden dat de voorwerpen dat uit pedagogische overwegingen doen, om ons voortdurend aan onze onstandvastigheid te herinneren.
(Een tekst uit 'Hermes, de hond en ster' van Zbigniew Herbert: Voorwerpen)
Pieter De Bruyne en de betekenis van het meubel
Christian Norberg-Schulz
'Wij aanvaarden meestal het meubel als vanzelfsprekend. Wij gebruiken stoelen, tafels, bedden en kasten zonder ons daarover vragen te stellen. Misschien zien er sommige stukken mooier uit om te bekijken dan andere, doch dit is niet van aard om onze instellingen daarover grondig te laten wijzigen. De meubels van Pieter De Bruyne doen ons stilstaan en nadenken. Zijn stukken lijken een verborgen geheim in te houden, een geheim dat niet enkel met deze meubels te maken heeft.' (1a)
(1a) (Bron : het boek Pieter De Bruyne 1931-1987 pionier van het postmodernisme pagina 156.)
(1a) (Bron : het boek Pieter De Bruyne 1931-1987 pionier van het postmodernisme pagina 156.)
Pieter De Bruyne
Het einde van een droom
Jan Wüst
Het einde van een droom
Jan Wüst
'Pieter is in 1931 geboren en sindsdien gevestigd te Aalst. Hij ontving een opleiding als binnenhuisarchitect aan het Hoger Sint-Lukas-instituut te Brussel en werkte vervolg als Stagiair bij Gio Ponti te Milaan. Nadien werd hij aan Sint-Lukas benoemd tot docent en later tot hoogleraar in de afdeling Architectuur. In 1971 werd hij tevens aan het Hoger Nationaal Instituut voor Bouwkunst en Stedenbouw te Antwerpen aan gesteld als voordrachthouder.
Bewust twintigste eeuwer, streeft De Bruyne naar een volstrekt doordachte en verantwoorde kunst, zowel naar vorm als functie. Hij verwerpt van meet af aan de gangbare succesrijke typen van design, met name de naoorlogse Scandinavische en Italiaanse: het eerste is hem te zeer traditionieel, het tweede te vormelijk en oppervlakkig. Op zoek naar een blijvende essentie van de meubelkunst en van de bouwkunst in het algemeen, bestudeert hij historische culturen, doorvorst hij productiecentra en musea overal ter wereld. Bij een opmeting van faraonische meubels in Caïro, 1974, wordt hij onder meer getroffen door de daarvoor gebruikte strikt modulaire ontwerptechniek, mede welke hij ook voor eigen werk gekozen had zijnde de minst arbitraire. Verder examen zal hem naderhand de sleutel opleveren tot de kennis van de structuur der wiskundige Egyptische Canon, algemene kunstregel, waarvan Plato gewag maakt.
Zijn persoonlijke esthetische opvatting heeft inmiddels vastere vorm aangenomen. Het ontwerp mag functioneel aan alle denkbare programma's voldoen, maar de vorm stelt de eis van een soevereine zelfstandigheid: modulair opgebouwd streeft zij naar een autonome quasi sculpturale gestalte, voorzien van velerlei historische, psychologische en esthetische connotaties en betekenissen. Vasthoudend aan deze beginselen, evolueert Pieter De Bruyne tot zijn steeds gedurfdere experimenten. Zijn weg verloopt volgens een niet louter immanent schema van thema con variazioni, mede geïnspireerd als hij wordt door de grote wetenschappelijke en technologische evenementen der laatste decennia en zijn exotische ervaringen. De expositie van zijn zich steeds vernieuwende werken groeien op hun beurt uit tot inspirerende hoogtepunten met nationale en internationale weerklank.'
(Bron : het boek Pieter De Bruyne 1931-1987 pionier van het postmodernisme pagina 16. Tekst gepubliceerd als 'Pieter De Bruyne, Het einde van een droom' in: Nieuw/Neuf n° 126, april 1987, p. 39, naar aanleiding van het overlijden.
Bewust twintigste eeuwer, streeft De Bruyne naar een volstrekt doordachte en verantwoorde kunst, zowel naar vorm als functie. Hij verwerpt van meet af aan de gangbare succesrijke typen van design, met name de naoorlogse Scandinavische en Italiaanse: het eerste is hem te zeer traditionieel, het tweede te vormelijk en oppervlakkig. Op zoek naar een blijvende essentie van de meubelkunst en van de bouwkunst in het algemeen, bestudeert hij historische culturen, doorvorst hij productiecentra en musea overal ter wereld. Bij een opmeting van faraonische meubels in Caïro, 1974, wordt hij onder meer getroffen door de daarvoor gebruikte strikt modulaire ontwerptechniek, mede welke hij ook voor eigen werk gekozen had zijnde de minst arbitraire. Verder examen zal hem naderhand de sleutel opleveren tot de kennis van de structuur der wiskundige Egyptische Canon, algemene kunstregel, waarvan Plato gewag maakt.
Zijn persoonlijke esthetische opvatting heeft inmiddels vastere vorm aangenomen. Het ontwerp mag functioneel aan alle denkbare programma's voldoen, maar de vorm stelt de eis van een soevereine zelfstandigheid: modulair opgebouwd streeft zij naar een autonome quasi sculpturale gestalte, voorzien van velerlei historische, psychologische en esthetische connotaties en betekenissen. Vasthoudend aan deze beginselen, evolueert Pieter De Bruyne tot zijn steeds gedurfdere experimenten. Zijn weg verloopt volgens een niet louter immanent schema van thema con variazioni, mede geïnspireerd als hij wordt door de grote wetenschappelijke en technologische evenementen der laatste decennia en zijn exotische ervaringen. De expositie van zijn zich steeds vernieuwende werken groeien op hun beurt uit tot inspirerende hoogtepunten met nationale en internationale weerklank.'
(Bron : het boek Pieter De Bruyne 1931-1987 pionier van het postmodernisme pagina 16. Tekst gepubliceerd als 'Pieter De Bruyne, Het einde van een droom' in: Nieuw/Neuf n° 126, april 1987, p. 39, naar aanleiding van het overlijden.
Hij schonk zijn volledig archief aan het Design Museum in Gent.
(Uit V.VAK mededelingen 2018 nummer 2 Tekst Stoffel en Marc Van Schuylenbergh foto's verzameling Stoffel Van Schuylenbergh)
PIETER DE BRUYNE (1931-1987) MEUBILAIR, INTERIEURS EN GEBOUWEN.
Eva Storgaard
DE FIGUUR PIETER DE BRUYNE.
Eva Storgaard
DE FIGUUR PIETER DE BRUYNE.
' "Ik zocht naar meer hedendaagse vormen, met het resultaat dat mijn leraar vond dat ik achteruit ging. Men heeft mij niet tegengehouden, omdat men zag dat er vooral in Scandinavië nieuwe vormen bestonden. Ik had oog voor de moderne architectuur die ik ook in Italië ontdekt heb en waarin ik zag dat er nieuwe wegen open lagen." ' ³
'Na zijn opleiding begon De Bruyne als zelfstandig ontwerper en nam het samenwerkingsverband met zijn vader weer op. Samen begonnen ze ontwerpen van zijn hand te vervaardigen. Voor het meubelatelier betekende dit een ware ommekeer. De ontwerpen van de jonge De Bruyne verschilden immers grondig met de gebruikelijke ontwerpen uit de stijlboeken. De ontwerpvaardigheden die hij zich tijdens zijn studie eigen had gemaakt binnen de behoudsgezinde Sint-Lucasopleiding, werden nu verder ontwikkeld binnen het kader van de contemporaine architectuurcultuur in binnen- en buitenland.'
(Bron : het boek Pieter De Bruyne 1931-1987 pionier van het postmodernisme pagina 21. ³ 'Luisteren naar Pieter De Bruyne
', in Impuls, n° 9, oktober 1980, p.12)
Het Mobilair van Pieter de Bruyne
Christian Norberg-Schulz
Christian Norberg-Schulz
'Voor eeuwen is Vlaanderen een plaats van interactie geweest tussen de Hollandse en Franse kunst. Hier ontmoette de dynamische 'Gotische' lineariteit, tot ontwikkeling gebracht in Noord-Frankrijk, de ortogonale oppervlaktepatronen van de Nederlanden. Het resultaat was een environment dat een eigen distinct karakter heeft. Soms overheerst de lineariteit, zoals in de werken van Horta, soms de oppervlakten zoals bij Pompe (Wat altijd ontbreekt is nochtans de klassieke plasticiteit van het Mediterrane zuiden).
Pieter De Bruyne behoort tot deze traditie, en zijn intrinsieke ruimtelijke patronen reflecteren daarenboven de 'dense' interieurs van de lokale rijwoningen. Zijn meubilair heeft bijgevolg wortels, en, een synthese zijnde van het algemene en het bijzondere, helpt het de mens een gevoel te ontwikkelen van behoren tot... en deelname. De werken van Pieter De Bruyne hebben ons geïnspireerd om te denken over meubilair. Zij hebben ons tot denken aangezet omdat zij authentiek zijn.
Daarom betekent het meubilair van Pieter De Bruyne een bijdrage tot een betekenisvol environment van onze tijd.' (5a)
(5a) (Bron : het boek Pieter De Bruyne 1931-1987 pionier van het postmodernisme pagina 163)
Tekst geschreven te Rome in 1980 en gepubliceerd in 25 jaar Pieter De Bruyne - meubels, Stad Gent, 1980, pp. 10-15, naar aanleiding van de gelijknamige tentoonstelling. Vertaling arch. Erik Balliu.163) 163)
Pieter De Bruyne behoort tot deze traditie, en zijn intrinsieke ruimtelijke patronen reflecteren daarenboven de 'dense' interieurs van de lokale rijwoningen. Zijn meubilair heeft bijgevolg wortels, en, een synthese zijnde van het algemene en het bijzondere, helpt het de mens een gevoel te ontwikkelen van behoren tot... en deelname. De werken van Pieter De Bruyne hebben ons geïnspireerd om te denken over meubilair. Zij hebben ons tot denken aangezet omdat zij authentiek zijn.
Daarom betekent het meubilair van Pieter De Bruyne een bijdrage tot een betekenisvol environment van onze tijd.' (5a)
(5a) (Bron : het boek Pieter De Bruyne 1931-1987 pionier van het postmodernisme pagina 163)
Tekst geschreven te Rome in 1980 en gepubliceerd in 25 jaar Pieter De Bruyne - meubels, Stad Gent, 1980, pp. 10-15, naar aanleiding van de gelijknamige tentoonstelling. Vertaling arch. Erik Balliu.163) 163)
Flyers van de tentoonstelling in het Design Museum Gent.
(Verzameling André Schollaert)
Italië
'Tijdens de eerste jaren van zijn carrière groeit er bij De Bruyne een bijzondere interesse voor de ontwikkelingen op het vlak van architectuur en design in het buitenland. Italië speelt daarbij een zeer belangrijke rol. Op het gebied van artistieke creatie omschrijft hij het land vaak als: 'Het land der dromen. Men vindt er zowel de zuiverheid van het oude als het gezicht van het moderne!'4 De culturele erfenis, de zin voor traditie,het koesteren van het ambachtschap , maar ook de houding en de mogelijkheden die de Italiaanse moderne ontwerpwereld aanwezig waren, bleven hem zijn hele leven aantrekken. Italië bood wat België ontbrak. De favoriete bestemming was Milaan die hij in 1980 voor de 75ste keer bezocht.'
(Bron : het boek Pieter De Bruyne 1931-1987 pionier van het postmodernisme pagina 22. 4 A.Borso,'Pieter De Bruyne' in Le/De Decorateur, september 1976)
fotograaf onbekend
|
Het werk van de Aalsterse interieurarchitect en meubelontwerper Pieter De Bruyne (1931-1987) vind je in onze stad vaak op plaatsen waar je het niet verwacht. Zoals in de Raadzaal van het Belfort daar hangen nog de originele Arteluce lampen ontworpen door Pieter De Bruyne. De enige Belg ooit die heeft mogen ontwerpen voor Arteluce in Milaan! Toch iets om trots op te zijn. VVAK heeft aan de stad gevraagd om bij de herinrichting van de raadzaal zeker deze hanglampen te integreren in het nieuwe ontwerp.
|
Zeker bezoeken :
Pinterest: zoeken op Pieter De Bruyne. Via deze Link
Design Museum Gent. Via deze Link
Link naar WATERSCHOENEN :
KUNSTBLOG DOOR / ARTBLOG BY ART SPOTTER SPECIAL Pieter de Bruyne